Geert Wilders en Dilan Yesilgöz kijken elkaar aan tijdens politieke confrontatie
Wilders en Yesilgöz verbeelden de spanning tussen populisme en liberale schijnprincipes

VVD, het populistische uithangbord van de status quo

2 minutes, 10 seconds Read

In de pluche gangen van de Amsterdamse Stopera werd het gefluisterd: “Een beetje populisme mag, maar het moet niet ten koste gaan van onze idealen.” Zo’n zinnetje verraadt alles. Niet alleen het ongemak binnen de VVD, maar ook de morele leegte die het politieke midden al jaren kenmerkt. Het gaat niet om principes, maar om marketing. Niet om overtuiging, maar om electoraal gewin.

Onder het jolige gejuich voor Yesilgöz broeit iets wat haar campagne niet weg kan poetsen: twijfel, intern verzet, gewetensnood. Ze presenteert zich als ‘krachtig’ en ‘duidelijk’, maar haar beleid is vooral schizofreen. Eerst lonkt ze naar Wilders, daarna sluit ze hem uit. Ze zegt “nee” tegen samenwerking met “radicaal links”, maar neemt ondertussen moeiteloos diens neoliberale asociale beleid over. Want dat is de paradox van het politieke centrum: het beweert neutraal te zijn, maar kiest steeds rechts.

De VVD balanceert op een slap koord tussen liberale façade en autoritaire ondertoon. Haar nieuwe koers flirt openlijk met het vocabulaire van extreemrechts: criminaliseren van migranten, minachting voor de rechtsstaat, haat verpakt als ‘bezorgdheid’. Dat is geen toevallige ontsporing. Dat is de strategie.

Vrijheid sneuvelt niet in één klap, maar stap voor stap

Binnen de partij wordt die wending verkocht als ‘realisme’, maar in werkelijkheid is het moreel failliet. De VVD weet dondersgoed dat ze de PVV nooit kan verslaan door haar na te apen — het origineel wint altijd. Maar dat weerhoudt haar er niet van om haar electoraat te voeden met dezelfde angsten, simplificaties en vijandbeelden. Wilders mag dan uitgesloten worden van regeren, zijn ideeën zitten al aan tafel.

En ondertussen? Ondertussen wordt links buitenspel gezet. GroenLinks-PvdA is zogenaamd “te radicaal”, omdat ze durven pleiten voor klimaatbeleid of sociale rechtvaardigheid. In werkelijkheid is het precies dát wat de VVD niet kan verdragen: een politiek die niet draait om winst, maar om mensen. Dat is de ware bedreiging voor hun wereldbeeld.

Wat rest is een partij zonder richting, zonder ruggengraat. Haar ‘volwassen leiderschap’ is niets anders dan morele schijndiepte. Ze speelt populistisch toneel, zonder het fatsoen om dat ook toe te geven. En ondertussen kalft het vertrouwen in de politiek verder af — een voedingsbodem voor cynisme, nationalisme en repressie.

Links hoeft daar niet aan mee te doen. We hoeven niet te kiezen tussen Wilders of zijn VVD-kloon. Het alternatief ligt niet binnen de muren van het Binnenhof, maar erbuiten: in actie, in gemeenschap, in verzet tegen dit rotte systeem. Want zolang partijen hun moraal laten afhangen van de peilingen, is elke verkiezing slechts een optische illusie van keuze.

De VVD vraagt zich af met wie ze wil regeren. Maar de echte vraag is: waarom zouden wij hen nog vertrouwen?



Aanbevolen voor jou