Senza Tregua – Tussen 1973 en 1976 woedde in Italië een felle en gewelddadige arbeidersstrijd, grotendeels overschaduwd door het officiële verhaal van hervormingen en electorale compromissen. Senza Tregua – letterlijk “Zonder Wapenstilstand” – was een van de meest radicale uitdrukkingen van dit verzet: een arbeidersorganisatie die niet langer wilde smeken, maar eiste. Voor hen was de crisis van de jaren zeventig geen ongelukkige samenloop van omstandigheden, maar een directe, frontale aanval van het kapitaal op de macht van arbeiders – zowel binnen als buiten de productiesfeer.
Vandaag de dag, terwijl we opnieuw geconfronteerd worden met inflatie, herstructureringen en de politieke en morele uitputting van links, kunnen we waardevolle lessen trekken uit deze vergeten geschiedenis.
Crisis, verzet en de rol van ‘Senza Tregua’
De arbeidersstrijd in Italië in de jaren zeventig werd aangejaagd door twee ontwikkelingen: enerzijds de wereldwijde economische crisis na de oliecrisis van 1973, anderzijds de rol van de traditionele linkse partijen en vakbonden die de crisis in feite hielpen beheren in het voordeel van het kapitaal. In plaats van verzet te organiseren tegen loonmatiging en werkloosheid, sloten de vakbonden en de Communistische Partij van Italië (PCI) zogenaamde “historische compromissen” met christendemocraten en werkgevers – een poging om via samenwerking met de gevestigde macht economische stabiliteit te bereiken, maar vaak ten koste van de directe belangen van arbeiders. Veel arbeiders ervoeren deze compromissen als een aanval op hun bestaansrecht.
Fabrieksbezettingen, massale demonstraties en ‘proletarische acties’ – zoals het collectief weigeren van verhoogde transportkosten of het bezetten van woningen – verspreidden zich als een lopend vuurtje. In dit klimaat ontstonden arbeiderscomités die de strijd niet beperkten tot de fabriek, maar ook naar de buurten en bredere sociale sfeer brachten. Senza Tregua probeerde deze losse comités te coördineren en een revolutionair programma op te bouwen dat niet vroeg, maar nam. Hun krant droeg dezelfde naam: Senza Tregua. De acties – van het terugbrengen van ontslagen arbeiders naar de fabriek tot gewapende aanvallen op fascistische vakbonden en managementkantoren – braken openlijk met de gevestigde orde.
De breuk met links en de vraag naar klassenmacht
Wat Senza Tregua scheidde van andere linkse bewegingen was een fundamentele vraag: Hoe bouw je revolutionaire eenheid? Terwijl de PCI en zelfs delen van Lotta Continua de arbeidersklasse probeerden te verenigen via electorale politiek en compromissen, stelde Senza Tregua dat strijd in tijden van crisis niet vanzelf leidt tot eenheid. Integendeel, de crisis maakte de tegenstellingen binnen de klasse juist scherper. De ‘rechtse vleugel’ van de arbeiders – vaak gesteund door vakbonden en partijbonzen – moest actief genegeerd of zelfs overwonnen worden. Volgens Senza Tregua kon echte eenheid alleen ontstaan door directe strijd en het opleggen van ‘arbeidersdecreten’, niet door valse eenheid.
Het idee van ‘arbeidersdecreten’
Een van de meest opvallende elementen van Senza Tregua was hun concept van ‘arbeidersdecreten’. Waar vakbonden onderhandelden over loonsverhogingen of werktijden, vonden de arbeiderscomités van Senza Tregua dat arbeiders zelf de voorwaarden moesten bepalen en afdwingen met directe actie. Dit kreeg verschillende vormen, zoals het gezamenlijk opleggen van lagere prijzen voor vervoer, energie of voedsel – ook wel ‘proletarische prijszetting’ genoemd. Sluitende fabrieken werden opnieuw in gebruik genomen, soms onder arbeidersbeheer, terwijl arbeidersmilities georganiseerd werden om deze decreten af te dwingen tegen politie, fascisten en managers.
Voor Senza Tregua betekende revolutie geen romantische opstand, maar een lang proces van het terugwinnen van controle over productie en sociale reproductie – stap voor stap, sector voor sector.
Kritiek en grenzen
Toch had de strategie van Senza Tregua ook duidelijke beperkingen. Hun sterke nadruk op gewelddadige machtsmiddelen – zoals het gebruik van wapens tegen fascisten of managers – zorgde er soms voor dat ze vervreemd raakten van de bredere vraag hoe een alternatief, rechtvaardig productiesysteem eruit zou kunnen zien. Door vooral de fabriek te beschouwen als een plek van confrontatie en machtsstrijd, verloren ze soms uit het oog dat arbeid ook een creatief en coöperatief proces is.
Een voorbeeld daarvan zagen we bij arbeiders in de chemische industrie in Porto Marghera. Zij ontwikkelden alternatieve productieprocessen die niet alleen milieuvriendelijker en veiliger waren, maar ook een heel andere visie op arbeidersmacht uitdrukten – eentje die niet alleen draaide om repressie en gewelddadig verzet, maar juist om het bouwen aan een andere manier van produceren.
Daarnaast leidde de overstap van sommige leden van Senza Tregua naar puur gewapende groepen zoals Prima Linea tot isolement. In plaats van dat dit de arbeidersstrijd versterkte, raakte het gewelddadige verzet losgezongen van de massabeweging – met als gevolg onderdrukking en mislukking in plaats van een doorbraak.
Lessen voor vandaag
Wat kunnen we vandaag leren van deze Italiaanse episode? Allereerst dat crisis nooit neutraal is. Inflatie en herstructurering zijn geen natuurrampen, maar bewuste strategieën om de macht van werkenden te breken. Dat gold toen, en dat geldt nu nog steeds. In een tijd waarin de kosten van levensonderhoud de pan uit rijzen, blijven zelfverdediging en directe actie onmisbaar. Initiatieven zoals ‘Niet Betalen’ – gericht tegen hoge energieprijzen – kunnen inspiratie putten uit de ‘proletarische prijszetting’ van toen. De uitdaging is: hoe maken we zulke acties niet alleen collectief, maar ook georganiseerd en opbouwend?
Daarnaast toont de ervaring van Senza Tregua het belang van organisatie en een duidelijk programma. Spontane acties zijn waardevol, maar zonder coördinatie en politieke richting verzanden ze snel. Tegelijkertijd mogen we de productieve dimensie niet vergeten. Machtsstrijd draait niet alleen om verzet, maar ook om het ontwikkelen van alternatieve manieren van produceren en verdelen – van logistiek en energie tot voedselproductie. Hier ligt de sleutel voor een socialistische toekomst. Klassenstrijd is bovendien nooit beperkt tot één fabriek of sector; ze moet zich richten op de strategische sectoren van vandaag – zoals logistiek, zorg en digitale infrastructuren – en niet blijven steken in geïsoleerde bastions.
Radicale lessen voor een nieuwe tijd
De strijd van Senza Tregua was gewelddadig, compromisloos en soms tragisch. Tegelijkertijd was het een poging om in een tijd van diepe crisis de klassenstrijd opnieuw uit te vinden. Misschien kennen we tegenwoordig niet meer diezelfde fabriekswijken en arbeidersbolwerken, maar we leven wel opnieuw in een wereldorde die kraakt in haar voegen – en een werkende klasse die zoekt naar macht en richting. Het laat zien dat radicale verandering niet voortkomt uit mooie speeches of verkiezingscampagnes, maar uit de collectieve organisatie van verzet en de moed om die strijd daadwerkelijk aan te gaan.
Opvallend genoeg klinkt vandaag opnieuw de roep om een algemene staking. In de Verenigde Staten werkt de beweging ‘The General Strike’ aan een massale werkonderbreking om ingrijpende maatschappelijke veranderingen af te dwingen, van economische rechtvaardigheid tot klimaatbeleid. Daarmee wordt duidelijk dat de oproep van Senza Tregua om directe actie, organisatie en klassenmacht nog altijd verrassend actueel blijft.
Meer over deze hedendaagse beweging vind je hier: generalstrikeus.com.