Wat op het eerste gezicht een technische begrotingsmaatregel lijkt, ontpopt zich in de praktijk als een ideologisch keerpunt. In de Verenigde Staten worden politieke keuzes steeds openlijker ingezet om de welvaart naar boven te herverdelen — ten koste van zorg, bestaanszekerheid en sociale bescherming. Dit essay kijkt voorbij de retoriek en laat zien waarom die ontwikkeling ook voor Nederland reden tot bezorgdheid moet zijn. Want als solidariteit afbrokkelt in naam van efficiëntie, raken uiteindelijk alle zekerheden aan het wankelen.
In de Verenigde Staten voltrekt zich een politieke tragedie in slow motion. Republikeinen beloofden nog plechtig: “geen belasting op fooi, geen belasting op overuren.” Maar in de praktijk gebeurt het tegenovergestelde. De nieuwste begrotingswet — ironisch genoeg gepresenteerd als de “Big Beautiful Bill” — holt de bestaanszekerheid van miljoenen Amerikanen uit. Mensen dreigen hun zorgverzekering kwijt te raken, hun voedselhulp te verliezen, hun leven te zien verkruimelen — alles om nóg ruimere belastingvoordelen voor de allerrijksten mogelijk te maken.
Van belofte naar bezuiniging
Zorg wordt minder betaalbaar. Voedselhulp wordt uitgekleed. En belastingkortingen? Die verdwijnen niet — integendeel, ze gaan linea recta naar de rijkste 1%. Maar wie draait op voor de kosten? Niet de CEO’s of hedgefondsbeheerders, maar de mensen die met $6 aan voedselbonnen per dag hun kinderen proberen te voeden. Horecamedewerkers, zorgverleners, arbeiders in distributiecentra of de kassen — mensen die afhankelijk zijn van fooien, overuren, en toeslagen om hun leven draaiende te houden.
Het verschil tussen een miljonair die een tientje minder belastingvoordeel krijgt en een laagbetaalde arbeider die datzelfde tientje verliest, is geen boekhoudkundig detail. Voor de een betekent het minder luxe; voor de ander een dag zonder warme maaltijd of een vergeten doktersbezoek. Ongelijkheid zit niet alleen in inkomen — maar in wat verlies betekent. En daarin is het contrast vernietigend.
Geen Amerikaans probleem alleen
Wie denkt dat dit alles ‘typisch Amerikaans’ is, kijkt niet goed. Ook in Nederland zien we hoe politieke retoriek over “de hardwerkende Nederlander” steeds vaker wordt gebruikt om bezuinigingen te rechtvaardigen die juist de laagste inkomens treffen. Denk aan de afbouw van het sociaal minimum, het versoberen van de bijstand, het inperken van huurtoeslagen of het onderfinancieren van jeugdzorg. Tegelijkertijd blijven vermogenswinsten en erfenissen opvallend licht belast — vooral als je al rijk bent. Ook hier begint bestaanszekerheid geen recht meer te lijken, maar een voorwaardelijke gunst.
Wat daarbij opvalt, is dat extra uitgaven voor defensie in Nederland doorgaans probleemloos worden goedgekeurd — zelfs door een demissionaire regering. Terwijl structurele investeringen in bestaanszekerheid, zorg of onderwijs vaak verzanden in eindeloze debatten over ‘haalbaarheid’ en ‘financiële ruimte’, lijken miljarden voor tanks, drones en NAVO-verplichtingen moeiteloos doorgang te vinden. Het contrast is veelzeggend: politieke prioriteiten zijn geen neutrale afwegingen, maar reflecties van een ideologie waarin externe veiligheid zwaarder weegt dan interne solidariteit. Bescherming aan de buitenkant krijgt voorrang, terwijl de zorg voor mensen aan de binnenkant structureel wordt uitgesteld.
Recht op zorg, geen gunst
Wat zich in de VS afspeelt, is economische chantage in zijn zuiverste vorm: bewijs dat je bestaansrecht hebt, of je verliest toegang tot medische zorg. Figuren als Dr. Oz1 — ooit een televisiearts, nu een Republikeins politicus — beweren doodleuk dat mensen zorg moeten ‘verdienen’. Het is een ijzige echo van een samenleving waarin solidariteit is ingeruild voor marktlogica, waarin rechten afhankelijk worden van productiviteit. Dat pad moeten we in Nederland koste wat kost vermijden.
Zorg en bestaanszekerheid zijn geen beloning voor zogenaamd ‘goed gedrag’, maar fundamentele rechten. Een eerlijk belastingstelsel moet ongelijkheid verkleinen, niet verankeren. En een politiek die haar oren laat hangen naar het grootkapitaal, breekt op termijn het vertrouwen van alle burgers — links, rechts, rijk of arm.
De leugen van trickle-down
De “Big Beautiful Bill” is geen breuk met het verleden — ze is het logische vervolg op decennialang beleid. Sinds Reagan’s ‘trickle-down’-economie is het idee verkocht dat belastingvoordelen aan de top vanzelf zouden doorsijpelen naar de rest. George W. Bush bouwde daarop voort. Trump deed er, in zijn eerste presidentschap nog een schep bovenop. Maar steeds meer Amerikanen prikken door die belofte heen. Ze zien dat hun lonen stagneren, terwijl vermogens records breken. Ze merken dat publieke voorzieningen krimpen, terwijl miljonairs juichen bij elke ‘hervorming’. Het vertrouwen in het doorsijpelverhaal brokkelt af — en terecht.
Fiscale hypocrisie en het rookgordijn
Wat wringt, is dat dezelfde Republikeinen die jarenlang predikten over ‘fiscale verantwoordelijkheid’, nu een wet aannemen die het begrotingstekort met minstens $2,4 biljoen vergroot — mogelijk zelfs met $5 biljoen. Terwijl mensen hun zorg verliezen, groeit de staatsschuld explosief. Niet omdat het moet, maar omdat het mag — zolang het de rijken ten goede komt. En intussen gaan er miljarden extra naar defensie: voor wapentuig, grensmuren en detentiecentra, terwijl voedselbanken overbelast zijn en ziekenhuizen moeten inkrimpen. Het is een onthullende prioriteitenlijst — veiligheid aan de grens wordt belangrijker geacht dan bestaanszekerheid binnen de samenleving.
Ondertussen wordt het publieke debat vakkundig afgeleid. In plaats van aandacht voor honger, zorgtekorten en structurele ongelijkheid, richten politici de schijnwerpers op symbolische strijd: ‘woke’ onderwijs, migratiepaniek, ‘orde en gezag’ — en steeds vaker ook op transrechten. Trans jongeren worden in debatten weggezet als bedreiging, terwijl hun werkelijkheid vaak die is van uitsluiting, angst en medische barrières. Het is een cynisch rookgordijn: zolang mensen boos blijven op elkaar, stellen ze geen vragen over wat er écht wordt afgebroken.
Tijd voor koerswijziging
Deze wet is meer dan een binnenlands schandaal — het is een signaal. Als wij in Nederland blijven zwijgen over groeiende ongelijkheid, als we toestaan dat rechten afhangen van verdiensten, en als politieke retoriek ons blijft afleiden van de werkelijkheid, dan is het slechts een kwestie van tijd voor ook hier het sociale contract begint te scheuren. Hoog tijd om de koers te verleggen — naar een samenleving waarin solidariteit geen verouderd woord is, maar een levend beginsel.
Wie nog twijfelt aan de verwoestende impact van de nieuwe Amerikaanse begrotingswet, moet deze scherpe analyse van Ben Meiselas zien. In heldere bewoordingen laat hij zien hoe miljoenen mensen hun zorg en voedselhulp verliezen — terwijl miljardairs nóg meer belastingvoordeel krijgen. En dat alles onder een dekmantel van valse beloftes als “geen belasting op fooien” en “sociale zekerheid blijft onaangetast”.