Toen Paul Krugman in 2018 waarschuwde voor de gevaren van Donald Trump, klonken zijn woorden voor sommigen overdreven. Hij schetste een president die de fundamenten van de Amerikaanse democratie zou kunnen ondermijnen, maar veel kiezers en politici beschouwden het als retoriek. Nu, in 2025, is het beeld anders: de trends die hij destijds signaleerde zijn niet alleen doorgezet, maar in veel gevallen versterkt en geïnstitutionaliseerd.
Migratiebeleid: van afschrikking naar deportatiemachine
In 2018 draaide de verontwaardiging vooral om de hartverscheurende beelden van huilende kinderen in kooien en gezinnen die aan de grens uit elkaar werden gerukt. Deze praktijken symboliseerden toen een beleid dat zichzelf verdedigde als “afschrikking”: wie zonder papieren probeerde binnen te komen, moest niet alleen worden gestopt, maar ook dienen als waarschuwing voor anderen.
Anno 2025 voelt dat bijna als een voorspel op wat zou komen. Het migratiebeleid is geëscaleerd tot een openlijk repressief apparaat dat diep in het dagelijks leven van miljoenen ingrijpt. Massale deportaties zijn nu routine, vaak uitgevoerd in de vroege ochtenden wanneer gezinnen nog slapen. ICE-teams — steeds vaker gemaskerd en zonder duidelijke identificatie — vallen huizen en werkplaatsen binnen als schimmige eenheden. Ze breken in, arresteren en verdwijnen weer, soms zonder dat de betrokkenen weten wie hen precies heeft meegenomen of waar hun familieleden worden vastgehouden.
Deze tactiek versterkt de sfeer van permanente angst onder ongedocumenteerde migranten. Woonwijken raken ontvolkt, scholen zien lege stoelen in de klaslokalen, en eenvoudige dagelijkse handelingen — een boodschap doen, een rit naar het werk — voelen voor velen als een risico. Waar in 2018 Trumps retoriek vaak harder leek dan de uitvoering, lopen beleid en taalgebruik nu naadloos in elkaar over. Migranten worden openlijk afgeschilderd als indringers of bedreigingen, en dat frame legitimeert een golf van anonieme, bijna paramilitaire razzia’s die weinig te maken lijken te hebben met een functionerende rechtsstaat.
Herinrichting van de overheid en afbraak van checks and balances
Krugman waarschuwde destijds dat Trump loyaliteit boven onafhankelijkheid stelde. In 2025 zien we dat principe volledig doorgevoerd. Federale agentschappen zijn systematisch gezuiverd: duizenden ambtenaren zijn ontslagen, DEI-programma’s afgeschaft en kritische stemmen uit de bureaucratie verwijderd. Het federale apparaat is herschikt om politieke trouw te belonen, en dat zonder de remmen die een gezonde democratie normaal gesproken kent.
De rechtsstaat onder druk
Wat in 2018 nog werd gezien als subtiele druk op justitie — het ontslaan van een FBI-directeur hier, het publiekelijk bekritiseren van rechters daar — is in 2025 uitgegroeid tot een openlijke en bijna routinematige politisering van het juridische apparaat. Het ministerie van Justitie functioneert niet langer primair als onafhankelijke handhaver van de wet, maar als een verlengstuk van het Witte Huis. Federale instanties, van de DOJ tot de belastingdienst, worden ingezet om politieke tegenstanders, kritische journalisten en zelfs onafhankelijke advocaten te intimideren.
Onderzoeksdossiers verschijnen niet zelden precies op het moment dat ze politiek het meest van pas komen. Er circuleren voorbeelden van onderzoeken die maanden van tevoren worden gepland, met als enige doel het beschadigen van critici of het afleiden van aandacht bij ongunstige nieuwsontwikkelingen. Rechters die zich uitspreken tegen controversiële beleidsmaatregelen krijgen te maken met gecoördineerde online campagnes en politieke aanvallen die hun persoonlijke integriteit in twijfel trekken. Zelfs het simpel uiten van juridische kritiek op de president kan leiden tot fiscale audits, dreigende dagvaardingen of publieke verdachtmakingen.
Deze ontwikkeling is meer dan een verschuiving in machtsbalans; het is een fundamentele breuk met het idee dat de wet een scheidsrechter is, en geen wapen. Waar de Amerikaanse rechtsstaat ooit de belofte van onafhankelijkheid en checks and balances belichaamde, lijkt zij in 2025 steeds meer een toneel van politieke instrumentalisering. Het gevoel dat de grondwet een vangnet biedt, is vervangen door een ongemakkelijke realiteit: wie de macht uitdaagt, doet dat op eigen risico.

Handel als politiek wapen
De handelsoorlogen waarmee Trump destijds dreigde, zijn nu een permanente realiteit. De tarieven die ooit bedoeld waren als tijdelijke hefboom, leveren inmiddels meer dan 150 miljard dollar per jaar op en functioneren feitelijk als structurele belastingen. De economische houdbaarheid ervan staat ter discussie, maar politiek gezien zijn ze verankerd: het is een machtsmiddel geworden.
Internationale isolatie en verlies van soft power
Waar de VS in 2018 al moreel terrein verloor, is in 2025 de Pax Americana nauwelijks nog herkenbaar. De “America First”-doctrine betekent een terugtrekking uit multilaterale samenwerking, minder ontwikkelingshulp en openlijke frictie met bondgenoten. Het idee dat de Verenigde Staten ooit een moreel kompas van de wereld waren, klinkt nu bijna nostalgisch.
Populariteit thuis, verzet op straat
Trump geniet in 2025 onverminderd aanzien binnen zijn eigen achterban. Zijn “Big Beautiful Bill” en de hechte cohesie binnen de Republikeinse partij gelden als politieke successen, versterkt door rechtbanken die grotendeels zijn gevuld met trouwe benoemingen. Toch groeit daartegenover een golf van maatschappelijk verzet die het straatbeeld van Amerika kleurt. Miljoenen demonstranten mobiliseren in uiteenlopende bewegingen, van het massale “50501” tot de felle “Hands Off!”-campagnes, en nu ook de “No Kings”-protesten die expliciet waarschuwen voor de uitholling van de democratie en de opkomst van een presidentieel machtsmonopolie. Deze protesten vullen steden met spandoeken, marsen en sit-ins, en vormen een steeds zichtbaarder culturele en politieke tegenkracht tegen een regering die steeds autoritairder lijkt op te treden.
Krugmans gelijk – en de escalatie ervan
Veel van wat Krugman in 2018 schetste als mogelijk gevaar, is nu een vast onderdeel van de Amerikaanse realiteit. Autoritaire loyaliteitsmechanismen, structurele handelsoorlogen, de erosie van de rechtsstaat en internationale isolatie: het is niet langer dreiging, maar beleid.
Toch is er ook een ander verhaal. Het verzet is gegroeid, breder en georganiseerder dan in 2018. Burgerbewegingen, rechtszaken en maatschappelijke coalities houden de democratische ademruimte levend. Het blijft een open vraag of dit genoeg is voor een kentering. Krugman suggereerde destijds dat de veerkracht van de democratie uiteindelijk afhangt van publieke verontwaardiging. In 2025 lijkt die verontwaardiging er volop te zijn — de vraag is of het ook tot herstel zal leiden.