Drie politici die verbonden zijn aan de motie-Bontenbal-Yeşilgöz over uitbreiding van surveillancemiddelen
Beeldscherm met drie politici die gezamenlijk verantwoordelijkheid dragen voor de motie-Bontenbal-Yeşilgöz, gericht op uitbreiding van surveillancemiddelen.

Meer camera’s, minder vrijheid

4 minutes, 20 seconds Read

Recente extreemrechtse rellen worden gebruikt als excuus om nieuwe surveillancebevoegdheden door te drukken. Dat klinkt misschien logisch of zelfs verstandig, maar het is gevaarlijk terrein. In het verleden zijn vergelijkbare argumenten vaker aangegrepen – denk aan de Patriot Act in de VS of de Sleepwet in Nederland – en in dictatoriale regimes is dit mechanisme al helemaal de norm. Steeds blijkt: wie veiligheid belooft met meer controle, tast vrijheid aan. En dat mogen we ons niet laten gebeuren.

Op 25 september 2025 nam de Tweede Kamer een motie aan die het kabinet oproept om “versneld de mogelijkheden uit te breiden om in besloten socialmediakanalen mee te kunnen kijken, gezichtsherkennende camera’s in te zetten en met voorstellen te komen die anonieme socialmedia-accounts onmogelijk maken.” Deze motie werd ingediend door CDA’er Henri Bontenbal en VVD-fractievoorzitter Dilan Yeşilgöz-Zegerius en kreeg steun van een ruime meerderheid (82 voor, 67 tegen).

Hiermee ligt er nu een concreet pakket aan voorstellen op tafel dat de inzet van surveillancemiddelen aanzienlijk zou uitbreiden. In de rest van deze post bekijken we welke politieke context eraan voorafging, welke keuzes partijen maakten en welke gevolgen dit kan hebben voor onze democratie.

Blijf op de hoogte van radicale stemmen en kritische publicaties – volg vrheid.nl op Substack.

De politieke aanleiding: rellen en rechts-extremisme

De motie werd ingediend na de demonstratie van 23 september 2025, waar relschoppers met nazi-symbolen de A12 bezetten, het Binnenhof bestormden en zelfs het D66-partijkantoor aanvielen. Een schokkend tafereel dat premier Schoof “onacceptabel” en “verwerpelijk” noemde.

Politiek Den Haag wilde snel antwoorden. Links legde de nadruk op de voedingsbodem: radicalisering, echo­kamers, desinformatie. Rechts schoof het debat de andere kant op: meer repressie, meer surveillance. De motie-Bontenbal-Yeşilgöz werd zo de uitkomst van angst en politieke reflex.

Opvallend stemgedrag

De steun van VVD, CDA, PVV, JA21 en SGP was voorspelbaar. Minder voorspelbaar: een deel van D66 stemde mee. Negen Kamerleden van een partij die ooit voorop liep in het verzet tegen de Sleepwet, gingen nu akkoord met extra bevoegdheden voor politie en veiligheidsdiensten.

Het illustreert iets ongemakkelijks: juist in crisismomenten lijken liberale waarden elastisch. Wat gisteren nog “principieel onacceptabel” was, blijkt vandaag ineens verdedigbaar.

Surveillancemiddelen als sluiproute

De motie zet drie lijnen uit:

  1. Inzicht in besloten socialmediakanalen – lees: het uithollen van end-to-end-encryptie, de basis van digitale veiligheid.
  2. Gezichtsherkenningscamera’s – een technologie die keer op keer blundert, en vaak discrimineert.
  3. Een verbod op anonieme accounts – alsof anonimiteit op zichzelf gevaarlijk is, terwijl het in werkelijkheid levensbelangrijk kan zijn voor activisten, journalisten en minderheden.

Mensenrechtenorganisaties waarschuwen terecht voor het “chilling effect”: wie weet dat de overheid meekijkt, zal twee keer nadenken voordat hij zich uitspreekt. Niet verboden, maar ontmoedigd. En ontmoediging is misschien nog subtieler en dodelijker voor een democratie dan een open verbod.

Geschiedenis herhaalt zich

Wie denkt dat dit allemaal nieuw is, vergist zich. We hebben dit script al vaker gezien en telkens met dezelfde afloop.

Neem de Sleepwet (2017): gepresenteerd als noodzakelijk als antwoord op terrorisme, zelfs nadat een referendum een duidelijk “nee” liet horen. Toch werd de wet vrijwel onveranderd ingevoerd.
Of de Patriot Act (VS, 2001): aangenomen vlak na 9/11, zogenaamd tijdelijk, maar inmiddels uitgegroeid tot een permanente vrijbrief voor massasurveillance.

Het verhaal herhaalt zich telkens: er is een crisis, er wordt veiligheid beloofd, kritiek wordt weggezet als naïef. En de nieuwe bevoegdheden? Die blijven vrijwel altijd bestaan.

De stille bondgenoten: big tech

De overheid staat er niet alleen voor. Grote techbedrijven leveren de infrastructuur, de algoritmes, de software. Vaak niet uit nobele motieven, maar simpelweg omdat er miljarden in omgaan. Surveillance is big business.

Meta, Google, Palantir – ze verdienen aan contracten met staten die steeds meer willen weten. De burger wordt zo dubbel bekeken: als risicofactor én als databron.

De valse belofte van veiligheid

Het frame “veiligheid versus privacy” is misleidend. Surveillance vergroot zelden de veiligheid; ze verschuift de macht, van burger naar staat – en van staat naar de bedrijven die de tools leveren.

Voorbeeld: de Israëlische Pegasus-spyware. Officieel werd het middel gepresenteerd als een geheime wapen tegen terroristen en georganiseerde misdaad. In de praktijk bleek echter hoe eenvoudig het kon worden misbruikt: journalisten, oppositieleden, advocaten en zelfs mensenrechtenactivisten werden ermee gevolgd. Dat is veelzeggend, want het laat zien hoe een middel dat bedoeld is voor uitzonderlijke dreigingen al snel een alledaags instrument wordt in de handen van machthebbers. Zo gaat het bijna altijd: de uitzondering wordt de norm, en het toezicht reikt steeds verder dan beloofd.

Wat staat er op het spel?

De motie-Bontenbal-Yeşilgöz staat niet op zichzelf. Ze is een nieuwe steen in de fundering van een surveillancesamenleving.

Als anonimiteit verdwijnt, als camera’s ieder protest vastleggen, als besloten gesprekken niet meer besloten zijn, verandert de democratie in iets anders. Vertrouwen maakt plaats voor wantrouwen. Kritiek wordt vervangen door stilte.

Vrijheid gaat niet met één klap verloren. Ze verdampt langzaam, maatregel voor maatregel. En telkens klinkt hetzelfde excuus: veiligheid. De echte vraag is dus niet of je “iets te verbergen hebt,” maar of je bereid bent je rechten te ruilen voor een belofte die zelden wordt waargemaakt.

Juist daarom zouden deze thema’s zwaar moeten wegen bij de komende verkiezingen. Want uiteindelijk is dit geen technisch debat over camera’s of encryptie, maar een keuze over de koers van onze samenleving: willen we een democratie die wantrouwt en controleert, of één die vertrouwt en beschermt?

Help ons groeien - deel dit bericht

Aanbevolen voor jou