In het huidige politieke klimaat wordt het begrip antifa vaak gebruikt zonder te begrijpen wat het werkelijk betekent. Het debat over antifascisme is vertroebeld door misleidende frames, angstretoriek en politieke belangen. We willen dat beeld bijstellen: niet door partij te kiezen, maar door te verduidelijken wat antifa is, waar het vandaan komt en waarom de discussie erover zoveel zegt over onze democratische cultuur.
Het Volkskrant-artikel van 4 oktober 2025 beschrijft hoe een motie in de Tweede Kamer en een decreet van Donald Trump proberen om antifa tot terroristische organisatie te bestempelen. De onderliggende boodschap is duidelijk: antifascisten zouden een geheime club vormen, met leden, een leider, een hoofdkantoor en een verborgen agenda. Die voorstelling van zaken is niet alleen onjuist, maar ook gevaarlijk. Antifa is geen vereniging met statuten of een bestuur – het is een beweging, een houding, een moreel kompas. En dat moeten we blijven benadrukken. Fascisme verdwijnt niet vanzelf; het bloeit juist op wanneer tegenstanders worden weggezet als “terroristen”. Daarom is het hoog tijd om het rechtse frame te doorbreken en het begrip antifa terug te claimen.
Het rechtse frame: van antifascisme tot “terroristische organisatie”
Rechtse en extreemrechtse partijen hebben er belang bij om antifascistische activisten af te schilderen als een georganiseerde sekte. De Volkskrant laat zien hoe extreemrechtse relschoppers in Den Haag gebruikmaken van een anonieme “Antifa Nederland”-pagina om een vijandbeeld te creëren. Die framing kreeg internationale versterking toen president Trump een decreet ondertekende waarin antifa als terroristische organisatie werd bestempeld. Zoals zo vaak: als het in Amerika regent, worden wij in Nederland nat – kort daarop volgde hier een motie met dezelfde strekking.
Het klinkt spectaculair, maar juridisch stelt het weinig voor. In de VS kunnen alleen buitenlandse organisaties als terroristisch worden aangemerkt – en antifa is geen organisatie, maar een idee. De bedoeling van die politieke show is helder: rechtse onrust legitimeren en democratisch protest criminaliseren.
Wat antifa werkelijk is
Deskundigen zijn het erover eens dat het onzinnig is om over een “antifa-organisatie” te spreken. Historicus Mark Bray omschrijft antifa als “een wereldwijde, radicaal-linkse beweging gericht op directe actie tegen extreemrechts.” Het is een ideologie met vele lokale vormen, geen hiërarchie of centraal gezag. Er is geen hoofdkantoor, geen ledenlijst en het aantal actieve deelnemers is relatief klein. In Nederland beschrijft de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) links-extremisme als gefragmenteerd, klein en divers; van één samenhangende organisatie is geen sprake.
Antifa is dus geen ledenvereniging, maar een verzamelnaam voor mensen die weigeren fascisme te normaliseren. SPD-voorzitter Saskia Esken – een Duitse politica die sinds 2019 de sociaaldemocratische partij SPD leidt en bekendstaat om haar progressieve en antifascistische standpunten – vatte het scherp samen: “Kunt u een hoofdkantoor, structuur of vertegenwoordigers van deze ‘organisatie’ noemen? Antifa is geen organisatie; antifascisme is een houding die voor democraten vanzelfsprekend zou moeten zijn.” Zelfs de FBI erkent dat punt: directeur Christopher Wray verklaarde al in 2020 dat antifa “geen groep of organisatie [is], maar een beweging of ideologie.”
De essentie is helder: antifascisme is een morele positie, geen georganiseerde samenzwering.
Waarom rechts antifa criminaliseert
Waarom proberen rechtse partijen een amorfe beweging als terroristisch te bestempelen? Daarachter schuilen meerdere strategieën die elkaar versterken. Antifascisten dienen vaak als handige zondebok: bij demonstraties of rellen wordt de schuld bij hen gelegd, ook wanneer het geweld duidelijk uit extreemrechtse hoek komt. Zo kan men eigen agressie rechtvaardigen en de aandacht afleiden van de ware dreiging. Die dreiging, zo tonen veiligheidsdiensten keer op keer, komt vooral van racistische of anti‑overheidsextremisten. Toch blijft antifa het mikpunt van verdachtmakingen.
Daarnaast fungeert de demonisering van antifascisme als instrument om protest te onderdrukken. Wie antifa gelijkstelt aan terrorisme, creëert ruimte om bredere linkse bewegingen in diskrediet te brengen. Oud‑AIVD‑analist Berrie Hanselman waarschuwde al dat deze strategie alle progressieve activisten over één kam scheert. Uiteindelijk draait het om machtsbehoud: door antifascisme te framen als extremisme wordt de aandacht afgeleid van structurele problemen zoals racisme, ongelijkheid en economische frustratie.
Deze tactiek is niet nieuw. Extreemrechtse groepen gebruiken al jaren nep‑Antifa‑pagina’s om rellen uit te lokken en de tegenbeweging in een kwaad daglicht te zetten. Het gaat niet om veiligheid, maar om controle: het beheersen van het narratief en het beperken van kritiek.
Iedereen zou antifascist moeten zijn
Antifascisme is geen schande, maar een democratische plicht. Zoals Mark Bray stelt, vertrouwen antifascisten niet blind op politie of rechtbanken om extreemrechts in te tomen. De geschiedenis leert dat instituties vaak te traag reageren, terwijl fascistische bewegingen intussen mensenrechten schenden. Antifa vertegenwoordigt een directe, grassroots-tegenkracht: niet per se door geweld, maar door solidariteit met gemarginaliseerde groepen, door het blokkeren van nazistische werving, door fascistische netwerken te documenteren en gemeenschappen te beschermen.
Iedereen die gelooft in democratie en gelijke rechten, zou zich antifascist moeten kunnen noemen. Zelfs liberale denkers erkennen dat antifa niet verboden kan worden, omdat het simpelweg een idee is. Wanneer rechts probeert antifa te criminaliseren, criminaliseert het in feite het verzet tegen fascisme zelf. En dat mogen we niet laten gebeuren.

Wat nu?
Om antifascisme levend te houden is actie nodig. Dat begint met het terugwinnen van taal: noem jezelf zonder schaamte antifascist. Door het woord te normaliseren, verliest het zijn kracht als scheldwoord. Leg vervolgens steeds opnieuw uit dat antifa geen organisatie is, maar een houding – iets wat zelfs de FBI bevestigt. Verzamel informatie over fascistische netwerken, deel kennis en bescherm elkaar. Bouw solidariteit tussen studenten, vakbonden, krakers en LGBTQIAP‑gemeenschappen: daarin ligt de echte kracht van de beweging. En blijf tenslotte waakzaam, niet alleen tegenover straatfascisten maar ook tegenover staatsmacht. Repressie begint vaak subtiel – juist daarom moet kritiek op machtsstructuren levend blijven.
Toen niet. Nu niet. Nooit meer
Antifa is geen geheime sekte, maar de overtuiging dat fascisme nooit meer mag terugkeren. Laat je niet intimideren door rechtse frames die antifascisten als terroristen wegzetten. Antifascisme is een noodzakelijke, morele houding in een wereld waar racisme, antisemitisme en autoritarisme nog steeds bestaan. Iedereen die in vrijheid en gelijkheid gelooft, heeft er belang bij om antifascist te zijn.