Op 26 april 1937 voltrok zich in het kleine Baskische stadje Guernica (Spaans: Gernika) een tragedie die de wereld niet snel zou vergeten. Wat ooit een vredige gemeenschap was, veranderde in een hel van vuur en vernietiging. Het bloedbad inspireerde Pablo Picasso tot het maken van zijn beroemde meesterwerk Guernica, dat uitgroeide tot een krachtig protest tegen oorlog en geweld. Maar waarom werd juist dit stadje gekozen als doelwit? Wat gebeurde er precies op die fatale dag? En hoe groeide een bescheiden Baskisch dorp uit tot een wereldwijd symbool van verzet en menselijk lijden?
Spanje in de jaren ’30: een land in brand
De Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) was het gevolg van diepe politieke, sociale en economische spanningen die Spanje al jaren verdeelden. Na de afschaffing van de monarchie in 1931 werd Spanje een republiek, die meteen ambitieuze hervormingen doorvoerde. De eeuwenoude macht van de monarchie had aan legitimiteit ingeboet door wijdverspreide corruptie, schrijnende ongelijkheid en een hardnekkig vasthouden aan verouderde denkbeelden. De Tweede Spaanse Republiek zette in op landhervormingen, secularisering van het onderwijs en het inperken van de invloed van de Katholieke Kerk en het leger. Dit leidde tot felle tegenstand van grootgrondbezitters, officieren en geestelijken, die hun privileges zagen verdwijnen.
In 1936 sloten linkse partijen zich aaneen in het Volksfront (Frente Popular): een coalitie van socialisten, communisten, anarchisten en andere progressieve groepen. Zij wonnen dat jaar de parlementsverkiezingen, een bittere pil voor de conservatieven. Het Volksfront beloofde radicale landhervormingen, bescherming van arbeidersrechten en meer autonomie voor regio’s als Catalonië en Baskenland.
Tegenover hen stond een groeiende beweging van conservatieve en extreemrechtse krachten. Zij vreesden dat Spanje in de greep van het communisme zou raken. De spanning liep zo hoog op dat generaal Francisco Franco in juli 1936 een militaire staatsgreep pleegde. Franco had zijn sporen verdiend in de Rifoorlog in Marokko en stond bekend als een genadeloze strateeg. Hij wist uiteenlopende reactionaire groepen – van monarchisten tot fascisten – onder één vaandel te verenigen.
De Spaanse Burgeroorlog als internationaal strijdtoneel
De Spaanse Burgeroorlog bleef niet binnen de landsgrenzen. Franco kreeg steun van Nazi-Duitsland en fascistisch Italië, die in Spanje een kans zagen om hun nieuwe wapens en tactieken uit te proberen. Het beruchte Condorlegioen van de Luftwaffe speelde een sleutelrol in het bombardement op Guernica. Aan de andere kant steunde de Sovjet-Unie de republikeinen met wapens en militaire adviseurs.
Duizenden vrijwilligers trokken naar Spanje om aan de zijde van de republikeinen te vechten. De Internationale Brigades – bestaande uit idealisten uit heel Europa en Amerika – zagen de oorlog als een gevecht tegen het opkomend fascisme. Bekende namen zoals George Orwell, die later Homage to Catalonia schreef, en de schrijver Ernest Hemingway, droegen bij aan het vastleggen én bestrijden van Franco’s opmars.
Een bloedige oorlog
De strijd ontaardde in een meedogenloze en bloedige oorlog. Frontale gevechten, executies en hongersnoden maakten miljoenen slachtoffers. Het bombardement op Guernica werd hét symbool van deze verschrikkingen: een brute herinnering aan de wreedheden die gewone burgers moesten doorstaan. Spanje werd verscheurd, maar de gevolgen reikten ver buiten de eigen grenzen.
Toch was het conflict meer dan een strijd tussen links en rechts. Het was ook een gevecht om de ziel van Spanje – een botsing tussen traditie en vooruitgang, tussen autoritarisme en democratie. Franco’s overwinning zou het land decennialang gevangen houden in de ijzeren greep van een dictatuur, met verwoestende gevolgen voor generaties Spanjaarden.
Het bombardement op Guernica
Op 26 april 1937 was het marktdag in Guernica. De stad was gevuld met boeren en handelaren uit de omliggende dorpen. Plotseling verschenen Duitse bommenwerpers van het Condorlegioen aan de hemel. Urenlang lieten ze hun dodelijke lading vallen en bestookten ze de stad met machinegeweren. Guernica werd in puin gelegd. Duizenden onschuldige mensen kwamen om het leven.
De aanval diende twee doelen. Militair gezien wilden de nationalisten Noord-Spanje veiligstellen – een strategisch belangrijke regio. Maar er was ook een psychologisch doel: angst en paniek zaaien onder de Basken om hun verzet te breken. Opvallend genoeg bleven strategische bruggen en wegen grotendeels ongedeerd, wat doet vermoeden dat Guernica vooral als symbool werd aangevallen.
Guernica als symbool van Baskische identiteit
Guernica was niet zomaar een stadje. Hier stond de beroemde Eik van Guernica, waar Baskische leiders eeuwenlang trouw zwoeren aan hun vrijheden. Voor Franco en zijn bondgenoten was het bombarderen van Guernica een aanval op die trotse traditie – een poging om de Baskische identiteit te breken.
Pablo Picasso’s Guernica: een meesterwerk van protest
Toen Picasso in Parijs hoorde over het bombardement, was hij diep geschokt. Binnen drie weken voltooide hij zijn meesterwerk: een gigantisch doek van acht meter breed en drieënhalve meter hoog, geschilderd in grijstinten. Hij gebruikte loodwit en diep zwart, waardoor het doek een ijzige, onheilspellende sfeer kreeg.
Guernica is een kakofonie van wanhoop en chaos. In het midden een moeder, die haar dode kind in haar armen houdt. Haar schreeuw lijkt eeuwig te echoën. Een gewond paard kronkelt in doodsangst, zijn mond open in een geluidloze schreeuw. Boven hen torent een stier, met een kille, onverstoorbare blik – voor velen het symbool van het fascisme zelf: hard, onverschillig en blind voor menselijk leed.
Op de voorgrond ligt een verbrijzelde soldaat. Zijn gebroken zwaard klemt hij nog steeds vast, een laatste wanhopige daad van verzet. Uit het gebroken staal groeit een witte bloem – een sprankje hoop te midden van de verwoesting.
In Amsterdam: stille getuigen
In 1937 werd het schilderij tentoongesteld op de Wereldtentoonstelling in Parijs en groeide het uit tot een internationaal protest tegen oorlog. Ook in Nederland maakte Guernica diepe indruk. In 1956 hing het in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Bezoekers stonden verstild voor het doek, geraakt door de rauwe emoties. Het werk herinnerde velen aan de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog, nog zo vers in het geheugen. Zo werd Guernica een universeel symbool van de verschrikkingen van oorlog, overal ter wereld.
Guernica’s erfenis
Na de dood van Franco keerde Guernica in 1981 terug naar Spanje, waar het nu permanent te zien is in het Museo Reina Sofía in Madrid. De stad Guernica werd herbouwd, maar de littekens van die dag blijven voelbaar. De eik van Guernica en de tradities eromheen zijn nog steeds krachtige symbolen van Baskische trots.
De impact vandaag
Het bombardement op Guernica blijft een huiveringwekkende herinnering aan de prijs die onschuldige burgers altijd betalen in oorlogen. Picasso’s schilderij blijft wereldwijd getoond als een waarschuwend verhaal: een pleidooi voor vrede en een aanklacht tegen geweld en dictatuur.
Guernica is meer dan een Baskisch stadje. Het is een symbool geworden van menselijk lijden én van vastberadenheid en hoop. Dankzij Picasso’s meesterwerk en de verhalen van de overlevenden blijft de naam Guernica weerklinken – als een roep om rechtvaardigheid, vrijheid en vrede.
Nieuwe inzichten, kritische verhalen
Op vrheid.nl schrijven we over vrijheid, gelijkheid, klimaat en LHBTQ+ rechten. Altijd scherp, altijd onafhankelijk. Blijf ons volgen en mis niets!
Advertenties: Door op een van de advertenties te klikken, help je ons enorm—het kost jou niets, maar maakt een groot verschil voor ons!