Staatssecretaris Menno Snel van Financiën werd in de Tweede Kamer door burgers geconfronteerd met zijn beleid, of eigenlijk met dat van zijn voorganger. Wat eerder slechts dossiers en krantenartikelen waren, kreeg hierdoor een menselijk gezicht. Terwijl Snel zich probeerde te verdedigen tegen de grimmige realiteit van de toeslagenaffaire, kwamen de schrijnende verhalen van de slachtoffers aan het licht.
Het indrukwekkendste moment tijdens het debat met de bewindspersoon vond plaats op de publieke tribune. De Kamervoorzitter, die gewend is aan het strakke protocol van de politiek, verzocht het publiek niet te applaudisseren. Het is echter moeilijk om formaliteiten te handhaven wanneer mensen hun hele leven door de overheid vernietigd zien worden. Een gedupeerde antwoordde daarom fel: “Mijn hele leven is naar de klote.” Deze uitspraak, rauw en onverbloemd, legde de kloof tussen de bestuurders en de slachtoffers pijnlijk bloot.
De toeslagenaffaire, die honderden gezinnen ten onrechte in financiële problemen bracht door overijverige en vooringenomen belastinginspecteurs, is een smet op het departement van de Belastingdienst. Het is geen enkelvoudige fout; het is een institutionele ramp, voortgekomen uit een cultuur van wantrouwen en bureaucratische meedogenloosheid.
Wie een kleine fout maakt, moet dat bekopen met de enorme destructiedrang van de organisatie. De slogan ‘leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker’ lijkt de laatste jaren voornamelijk te gelden voor de eigen medewerkers – niet voor de burgers die ze horen te dienen. Terwijl de gezinnen gebukt gaan onder de harde hand van de belastinginspecteurs, lijkt het erop dat het ministerie zelf immuun is voor enige vorm van verantwoording.
Het is verbazingwekkend dat er binnen het ministerie geen koppen zijn gerold. Als wij, gewone burgers, een administratieve slordigheid begaan of iets te laat met betalen zijn, moeten we dit meteen bekopen met een boete, of als het meezit, een gewichtige waarschuwing. Maar binnen de muren van de overheid lijkt nalatigheid geen consequenties te hebben – behalve voor de slachtoffers.
In die zin is het interessant om te kijken naar ander groot nieuws dat in dezelfde tijd onthuld werd. Terwijl Snel worstelt met de chaos en pijn die zijn departement heeft veroorzaakt, komt VVD-fractievoorzitter Klaas ‘don’t give a fuck’ Dijkhoff in opspraak door een andere financiële kwestie. Het werd bekend dat hij een reiskostenvergoeding van 4900 euro per jaar ontving, een bedrag waar hij absoluut geen recht op had, omdat deze uitgaven al gedekt waren. De liberaal noemt het een ‘stommiteit’. Hij had het simpelweg niet gezien – een excuus dat we niet zouden accepteren van een willekeurige burger, maar waar Dijkhoff moeiteloos mee wegkomt.
Pas toen hem ernaar werd gevraagd, erkende hij zijn fout en beloofde hij het bedrag terug te storten. Maar het feit dat dit alleen gebeurde nadat het publiekelijk werd, toont een diepgewortelde arrogantie en een gebrek aan verantwoordelijkheid. Omdat hij vreesde dat de mensen weleens narrig konden worden, toverde hij snel het verhaal van zijn wachtgeld weer tevoorschijn – dat zou hij, bij nader inzien, onmiddellijk stop laten zetten. Een doorzichtige poging om de aandacht af te leiden van zijn ‘stommiteit’.
Het is werkelijk verbazingwekkend dat iemand elke maand 400 euro op zijn rekening gestort krijgt en daar helemaal geen vraagtekens bij plaatst. Dezelfde overheid die arme gezinnen door de toeslagenaffaire in de ellende heeft gestort, laat haar eigen elite ongemoeid wanneer zij zichzelf verrijken. Dijkhoff komt weg met zijn onoplettendheid, terwijl de slachtoffers van de Belastingdienst voor altijd een trauma met zich mee moeten dragen.
De mensen op de publieke tribune, wier levens naar de klote zijn zoals ze zelf zeggen, hebben niet eens dat bedrag voor hun maandelijkse boodschappen. Zij zitten in de shit door de overheid en moeten jarenlang boeten voor een fout die zij niet eens zelf hebben gemaakt. De kloof tussen de overheid en de bevolking werd daarmee pijnlijk in beeld gebracht. Dit is geen geïsoleerd incident, maar een symptoom van een diep verrot systeem.
Het ergste is nog dat Dijkhoff, en anderen zoals hij, met hun onoplettendheid wegkomen, terwijl de slachtoffers van de Belastingdienst voor altijd de gevolgen zullen dragen. Hoe kunnen we vertrouwen in een overheid die haar eigen burgers zo behandelt? De toeslagenaffaire is niet alleen een beleidsfout, maar een schreeuwend onrecht dat de onderliggende ongelijkheid in onze samenleving blootlegt. Het is tijd dat de verantwoordelijken niet alleen woorden, maar ook daden laten zien – en dat begint met rechtvaardigheid voor de slachtoffers.