Viktor Orbán en Donald Trump geven duim omhoog tijdens ontmoeting, symbool voor opkomst autoritaire leiders binnen radicaal-rechts
Orbán en Trump poseren als bondgenoten: hun autoritaire koers en anti-immigratieretoriek inspireren radicaal-rechts wereldwijd, ook in Nederland.

Trumps Amerika lijkt steeds meer op Orbáns Hongarije

4 minutes, 51 seconds Read

Boedapest lijkt op het eerste gezicht een chique stad. Overal zie je dure hotels en restaurants. Er zijn zelfs nieuwe monumenten, zoals een muur met namen van plekken die ooit Hongaars waren. Maar achter deze mooie façade schuilt een heel ander verhaal.

Hongarije was ooit het rijkste land in Oost-Europa. Nu is het een van de armste landen in de Europese Unie. Fabrieken sluiten, de werkloosheid groeit en de economie staat stil. Jongeren willen er geen kinderen krijgen. Veel artsen en leraren vertrekken naar het buitenland. En volgens onderzoek is Hongarije al jaren het meest corrupte EU-land.

Toch wordt premier Viktor Orbán niet alleen bewonderd door conservatieven in Amerika, zoals Donald Trump en zijn aanhangers, maar ook door radicaal-rechts in Nederland. Politici van partijen als Forum voor Democratie en de PVV hebben zich meerdere keren positief uitgelaten over Orbáns aanpak. Ze prijzen zijn harde migratiebeleid, zijn ‘nationale soevereiniteit’ en zijn openlijke afkeer van de Europese Unie. In Boedapest werden internationale bijeenkomsten georganiseerd, waar ook Nederlandse politici en denkers uit dit kamp optraden. Voor hen is Orbán een voorbeeld van hoe je als leider “de gevestigde orde trotseert”, de media naar je hand zet en het land zogenaamd “teruggeeft aan het volk”. Maar in werkelijkheid komt de macht en het geld vooral terecht bij een kleine, trouwe kring rond de premier zelf — familieleden, oude vrienden en loyale zakenlieden. Terwijl Orbán zich presenteert als beschermer van de gewone Hongaar, bouwt hij in stilte aan een systeem waarin persoonlijke loyaliteit belangrijker is dan democratische controle of sociale rechtvaardigheid.

Maar wat bewonderen ze precies? Orbán heeft het land veranderd in een autocratie. Na zijn overwinning in 2010 verving hij neutrale ambtenaren door trouwe volgers. Hij legde de media aan banden, nam universiteiten over en paste de grondwet aan om aan de macht te blijven. Tijdens corona gaf hij zichzelf extra macht, die hij nooit heeft teruggegeven. En hij is bevriend met autoritaire landen als Rusland en China.

In Hongarije draait het bestuur om persoonlijke belangen. Geld en macht gaan naar een kleine groep mensen rond premier Viktor Orbán – familie, oude vrienden en trouwe zakenlui. Zij krijgen overheidsopdrachten en subsidies. Een voorbeeld is Orbáns schoonzoon, die dankzij slimme regels veel geld verdiende met staatsprojecten. Dit soort praktijken zijn meestal ‘volgens de wet’, omdat de wetten bewust zo zijn gemaakt.

István Tiborcz, de schoonzoon van Orbán was mede-eigenaar van Elios Innovatív, een bedrijf dat tussen 2010 en 2015 tientallen aanbestedingen won voor straatverlichting in Hongaarse steden. De Europese antifraude-instantie OLAF ontdekte dat de aanbestedingen zo waren opgesteld dat alleen Elios aan de eisen voldeed. Soms werd zelfs een specifieke kleur verf voorgeschreven die alleen Elios gebruikte. OLAF vond bewijs van belangenverstrengeling, maar de Hongaarse justitie ondernam geen actie. 

Een ander voorbeeld is Lőrinc Mészáros, een jeugdvriend van Orbán. Tien jaar geleden was hij nog gasinstallateur; nu is hij de rijkste man van Hongarije. Zijn bedrijven winnen regelmatig overheidsopdrachten, vaak gefinancierd met EU-subsidies. Volgens journalistiek onderzoek groeide zijn imperium sneller dan dat van Facebook-oprichter Mark Zuckerberg. 

Ook Orbáns vader, Győző Orbán, profiteert. Zijn mijnbouwbedrijf behaalt uitzonderlijk hoge winstmarges en werkt samen met bedrijven van Mészáros aan grote bouwprojecten. Deze projecten worden vaak gefinancierd met Europees geld. 

De Europese Commissie heeft Hongarije meerdere keren gewaarschuwd vanwege deze praktijken. In 2022 stelde de Commissie voor om 7,5 miljard euro aan EU-fondsen voor Hongarije op te schorten vanwege corruptie en fraude. De Commissie eiste onder andere de oprichting van een onafhankelijke anti-corruptie-eenheid en meer transparantie bij het toekennen van subsidies. 

Kortom, onder Orbáns leiding is een systeem ontstaan waarin een kleine kring rond de premier profiteert van overheidsopdrachten en subsidies, vaak gefinancierd met Europees belastinggeld. Hoewel veel van deze praktijken formeel legaal zijn, ondermijnen ze de rechtsstaat en leiden ze tot grootschalige corruptie.

Er is bijna geen onafhankelijke controle meer. Justitie, media, onderzoeksdiensten – ze zijn allemaal in handen van Orbán en zijn partij. En als er al kritiek komt, dan wordt die vaak genegeerd of de kop in gedrukt.


Ondertussen stijgt de inflatie, daalt de economische groei en leeft een groot deel van de Hongaarse bevolking in armoede. Toch blijft de regering van Orbán mooie praatjes verkopen over een stralende toekomst. De cijfers laten iets heel anders zien, maar kritiek wordt genegeerd of onderdrukt. In plaats van verantwoordelijkheid te nemen voor de economische achteruitgang en de corruptie binnen de eigen kring, wijst Orbán naar immigranten als oorzaak van de problemen. Hij schildert vluchtelingen en migranten af als bedreiging voor de Hongaarse cultuur en veiligheid, noemt hen ‘gif’ en ‘indringers’, en gebruikt dit vijandbeeld om angst te zaaien en steun te winnen. Deze retoriek dient niet om echte oplossingen te bieden, maar om de aandacht af te leiden van het feit dat het systeem vooral werkt voor een kleine, rijke elite rond de premier zelf.

Voor wie goed kijkt, is de waarheid zichtbaar. In het centrum van Boedapest schitteren de gebouwen van de elite. Ze hebben hun rijkdom niet verdiend met hard werk, maar via politieke connecties. Er is zelfs een documentaire over gemaakt, The Dynasty, waarin deze luxe en corruptie duidelijk te zien zijn. De film is miljoenen keren bekeken. Veel Hongaren voelen zich eindelijk gehoord.

Wat heeft dit alles met Amerika te maken?

Heel veel. In de VS zijn er nu ook plannen om het ambtenarenapparaat te ontmantelen, de pers te beperken, en de rechtspraak onder controle te krijgen. Grote techbedrijven zoals dat van Elon Musk spelen hier al een rol in. Wetgeving die belangenverstrengeling moet tegengaan wordt genegeerd. De FBI en het ministerie van Justitie raken gepolitiseerd.

Als deze koers doorzet, dan dreigt Amerika te veranderen in een land dat lijkt op Orbáns Hongarije. Niet alleen politiek, maar ook economisch: met corruptie, stagnatie en toenemende ongelijkheid als gevolg.

Aanbevolen voor jou