Mensen vluchten voor kogels op de Dam in Amsterdam tijdens schietpartij op 7 mei 1945
Mensen vluchten voor de kogels op de Dam in Amsterdam op 7 mei 1945, toen Duitse Nazi's het vuur openden op de feestvierende menigte.

Extreemrechts gebruikt de Dam om witte slachtoffers te herdenken

3 minutes, 0 seconds Read

Dit is geen onschuldig gebaar – Afgelopen 8 mei stonden er vijf jonge mannen op de Dam met een spandoek dat in eerste instantie onschuldig leek: “8 mei Europese herdenking WO2. Sta stil bij het collectieve trauma en herdenk de 44 miljoen slachtoffers van Europese komaf.” Loop je er vluchtig langs, dan denk je: prima, iedereen heeft het recht om te herdenken. Maar wie beter kijkt, ziet een doorzichtige poging om extreemrechtse en antisemitische ideeën te normaliseren.

De woordvoerder van dit clubje, Jan van de Kar1, zei nog zoetsappig voor de camera: “We hopen dat we nooit meer tegen elkaar vechten.” Klinkt als vredesactivisme, toch? Maar de geschiedenis van deze groep laat wat anders zien. Vorig jaar stonden ze er ook met hun spandoek, inclusief de neonazistische slogan “no more brother wars”. Dat is geen neutraal pleidooi voor vrede. Het is een verkapte boodschap: blanke volkeren mogen niet langer tegen elkaar vechten, want dat zou de ‘echte’ vijand – volgens deze types – in de kaart spelen.

De echte boodschap achter de leuzen

Deze groep, de zogenaamde Stichting Inheems Europese Rechten (SIER), is allesbehalve een onschuldige club van vredesduiven. Ze verspreiden antisemitische propaganda, zoals het boek ‘The Jewish Hand in the World Wars’. De titel zegt eigenlijk alles: de schuld voor de twee wereldoorlogen wordt bij de Joden gelegd. Dit is dezelfde omkering van daders en slachtoffers die we kennen van hardcore neonazistische propaganda – het klassieke trucje om de nazi’s als slachtoffers van ‘duistere machten’ neer te zetten.

Groep mensen in rood-zwarte kleding, met de tekst “Vrijheid sneuvelt niet in één klap, maar stap voor stap — tenzij wij ingrijpen”.

En dat is precies waar Van de Kar zijn verhaal op ophangt. Hij stelt vraagtekens bij de officiële herdenking van 4 mei, noemt de slachtoffers van het naziregime zogenaamd en zegt dat de nationale dodenherdenking ‘de andere kant van het verhaal’ verzwijgt. Dat hij daarmee Holocaustontkenning voedt, spreekt voor zich. Volgens hem waren de vrijwilligers aan het Oostfront ook ‘slachtoffers’ – alsof het een soort voetbalwedstrijd was en niet een genocidale oorlog tegen miljoenen.

Neonazi’s met een vredesmasker

Laten we wel wezen: dit zijn geen vredesactivisten. Dit zijn neonazi’s die onder het mom van ‘collectief Europees trauma’ de geschiedenis herschrijven. Jan van de Kar zelf is veroordeeld wegens antisemitisme. Zijn compagnon John Abrossimow2 is bekend van racistische Telegram-groepen waar geweld tegen Joden wordt verheerlijkt. Martijn Janssen3, de secretaris van de stichting, zat vroeger op Stormfront en deelde gifplaatjes waarin Joden werden bedreigd. Peter van Vliet4, een andere bekende neonazi, droeg eerder een shirt met SS-symbolen. Dit clubje heeft geen boodschap aan echte herdenking – het is een rookgordijn voor haat en ontkenning.

Antifascisten herkennen het gevaar

Gelukkig laten antifascisten dit soort onzin niet onopgemerkt. Tijdens de herdenking op de Dam kwamen ze in actie. Er ontstonden wat schermutselingen en de beveiliging sprong ertussen, waarschijnlijk zonder te snappen wat er werkelijk aan de hand was. Van de Kar deed alsof hij ‘alle slachtoffers’ herdacht – een leugenachtige poging om zijn boodschap acceptabel te maken. Na het incident verhuisde de groep naar Gouda, waar ze hun krans alsnog bij het herdenkingsmonument voor de Tweede Wereldoorlog aan de Fluwelensingel 5neerlegden. Alsof het allemaal heel normaal was.

Maar dat is het niet. Deze bijeenkomst was geen gewone herdenking. Het was een gecamoufleerde manifestatie van antisemitisme en haat. En dat moeten we blijven benoemen. Deze figuren proberen met wollige praatjes en vredesleuzen een giftige ideologie salonfähig te maken. Het is aan ons allemaal om dat te doorzien – en om te laten zien dat we hun boodschap nooit zullen slikken.

Met dank aan Kafka voor de informatie en het onderzoek waarop dit stuk is gebaseerd. Ze blijven een onmisbare bron in het blootleggen van extreemrechtse netwerken en de manipulatieve trucs van deze netwerken.

  1. Jan van de Kar is de voorzitter van de Stichting Inheems Europese Rechten (SIER). Hij werd op 9 mei 2025 in Den Haag veroordeeld voor antisemitisme en het bagatelliseren van de Holocaust. ↩︎
  2. John Abrossimow is een bekende figuur binnen de White Lives Matter-beweging in Nederland. In december 2024 werd hij veroordeeld wegens racisme en geweldsverheerlijking. ↩︎
  3. Martijn Janssen is secretaris van SIER en publiceerde filmpjes van de SIER-herdenking op zijn YouTube-kanaal. Hij was vroeger actief op de neonazistische website Stormfront onder het pseudoniem ‘Ziekvanjoden’. ↩︎
  4. Peter van Vliet is een bekende neonazi die eerder in het openbaar verscheen met SS-symbolen en het T-shirt met ‘FCK ANTIFA’. Tijdens de herdenking op de Dam was hij aanwezig, zij het dit keer zonder de provocerende symbolen. ↩︎
  5. Het herdenkingsmonument voor de Tweede Wereldoorlog aan de Fluwelensingel in Gouda is een officiële plek van herinnering voor de slachtoffers van de nazi-bezetting en de geallieerde bombardementen. Door hun krans daar neer te leggen, proberen extreemrechtse groepen hun boodschap van ‘Europese’ slachtofferschap en antisemitische leugens te mengen met de officiële herdenkingscultuur. ↩︎

Aanbevolen voor jou